Van Mono Lake naar Yosemite

Omdat we vandaag niet zo ver hoefden te rijden, stonden we wat later op. Ontbijtje buiten met geroosterd brood. Daarna even de camper een beetje schoongemaakt. 9.15 uur op pad. We blijven toch vroege vogels! Eerst naar het Mono Lake. Dit 700.000 jaar oude meer was vroeger vijf keer zo groot dan nu. Rond de jaren ’40 haalde de stad Los Angeles drinkwater uit de rivieren die naar het meer toestroomden. Het gevolg was dat het meer 14 meter zakte, maar dat er ook een vreemd landschap ontstond aan de zuidzijde: heuvels en pilaren van kalk kwamen boven het water uit. Het geheel geeft een prachtig plaatje. Daarna op weg naar Yosemite park via de Tiogaweg. Eerst stonden we in de file voor de ingang van Yosemite park. Gelukkig mochten wij de rij voorbij, omdat we al een parkenpas hadden en deze dus niet meer hoefden te kopen bij het loket. Direct na de ingang ga je de Tiogapas over, 3030 meter hoog. Daarna verandert het landschap direct. Ten oosten van de pas ligt het Great Basin, de grootste aaneengesloten woestijn van Amerika. Eén van de kenmerken daarvan zijn de lange rechte wegen door een “niets” landschap. Na de pas is een hooggebergte landschap, met hoge dennen, alpenweiden en riviertjes. We reden een prachtige route en maakten onderweg diverse stops om te genieten van de mooie vergezichten. Vanaf één van de uitzichtpunten keken we in de vallei van Yosemite. Onderweg parkeerden we de camper even, zetten een kopje koffie en zaten lekker buiten onder de luifel. Dat is toch wel een groot voordeel van reizen met een camper. Daarna naar camping Crane Flat, in het park. Midden in de natuur, geen voorzieningen en een plek met een berenlocker. Dit is geen kast om beren te lokken, maar om ze juist weg te houden. Omdat wij met een camper zijn, mogen wij al onze etenswaren en geurende toiletartikelen goed opgeborgen in de camper bewaren. Wel halen we voor de zekerheid de aardappels en uien uit het bagageruim. Tentkampeerders moeten alles opbergen in de bearlocker. We bekeken even kort onze plek en gingen vervolgens naar Tuolomne Grove. We maakten daar een wandeling van circa anderhalf uur om enkele sequoiabomen (mammoetbomen) te bekijken. Zeer de moeite van het klimmen waard.
Op de camping is het, ondanks de drukte, zeer stil. Veel mensen branden een houtvuurtje op de vuurpit en iedereen zit nog lekker buiten. Waarschijnlijk is het vroeg donker hier en zal het ongetwijfeld goed afkoelen. De camping ligt namelijk op 1884 meter. Corné kijkt een film, Henri en Carla bereiden de dag van morgen voor. Dan gaan we naar Yosemite Valley.
Geen Wifi, geen internet. Wel een e-reader, boeken en spelletjes.